Verenigd Koninkrijk
Deel
Tijdens de voorbereidingen op D-Day zagen burgers in Zuidoost-Engeland duizenden troepen en voertuigen neerstrijken in rangeerkampen in hun steden en dorpen. Dit fenomeen liet een diepe indruk achter op de plaatselijke kinderen. Herinneringen aan hun ervaringen laten de opwinding en de verschillende perspectieven zien achter het dreigende conflict.
Een jongetje in Southampton raakte bevriend met twee Amerikaanse soldaten, Chuck en Joe, die hem een voorraad Hershey-repen aanboden. Hij bleef echter beduusd achter toen hij zag dat de troepen weer op weg gingen en besefte dat hij zijn geliefde portie chocolade niet meer zou krijgen.
De massale mobilisatie van troepen in de straten en hun tocht naar de wachtende schepen zorgden naar verluidt voor enige verwarring. Als volwassenen "Ik denk dat het is begonnen" zeiden, waren er maar weinigen die echt begrepen wat er met "het" werd bedoeld. De enorme hoeveelheid troepen, het lawaai, de zwaaiende vlaggen en de reacties van de ouders toen zij hoorden dat de troepen de volgende morgen in Normandië aan waren gekomen, lieten een onuitwisbare indruk achter.
Een andere jongen van vier jaar oud stond in 1944 op zijn tuinpad in Portsmouth vol verbazing te kijken hoe gecamoufleerde legervoertuigen buiten stopten. De voertuigen zelf waren al erg opwindend, maar het voedsel dat erin was opgeslagen trok nog meer de aandacht. Eén soldaat deelde zelfs zijn snoepjes met hem. Een andere was bijzonder vriendelijk nadat de jongen was geschrokken door de rookwolken van een startend voertuig. Hij werd meegenomen op een avontuurlijke rit van 400 meter in een jeep heen en weer naar huis. De opwinding rondom de aanwezigheid van de soldaten stond voor de jongen in schril contrast met hun plotselinge verdwijning. Hij bleef veel vragen stellen die pas jaren later beantwoord zouden worden.
In Woking in het graafschap Surrey werd een rangeerterrein gevorderd voor het onderbrengen van derdeklaswagons die als tijdelijk onderkomen voor Canadese troepen zouden dienen. Ondanks waarschuwingen om niet met de mannen te praten, gingen de kinderen bijna elke dag bij hen langs. Het pad dat ze naar school volgden, liep namelijk langs het terrein. De jongen bracht eten voor hen mee van huis en sloot vriendschap met een motorordonnans genaamd Howard. Ook in dit geval zorgde de abrupte verdwijning van de aanwezige militairen voor verwarring en ontsteltenis. Howard had zelfs niet eens afscheid genomen. Zo bleven wederom veel vragen onbeantwoord.
Een tienjarig meisje herinnerde zich het Southsea-strand de ochtend van D-Day. Ze had van haar vader een zakje met muntjes gekregen en was daarmee op het strand aan het spelen. Toen een soldaat aan boord van zijn boot ging, vroeg hij haar om een muntje als geluksbrenger. Daarop besloot ze alle muntjes weg te geven aan verschillende soldaten. Haar vader was daar echter minder blij mee; hij was nu de zeldzame nieuwe penny's in het zakje allemaal kwijt.