Craven Cottage, een voetbalstadion aan de Theems, is al sinds 1896 de thuisbasis van Fulham FC. Tijdens de Tweede Wereldoorlog onderbraken veel spelers van Fulham hun voetbalcarrière om het leger in te gaan, zo ook Jimmy Tompkins. Tompkins werd in 1914 geboren in de Londense wijk Edmonton. Hij begon als amateurvoetballer bij Woking, Arsenal en Fulham. In 1934 tekende hij een professioneel contract bij Fulham. Hij speelde 164 wedstrijden voor de club voordat hij zich in 1939 aansloot bij de Territorial Army (het Britse vrijwilligersleger). Hij was een veelgeprezen speler die bekendstond als een snelle en agressief aanvallende linkshalf.  

Bij het uitbreken van de oorlog werd het voetbal tijdelijk stilgelegd door de regering. Ook Craven Cottage werd gesloten. Na een paar maanden werd het stadion echter heropend, met een gehalveerde toeschouwerscapaciteit ten behoeve van de veiligheid. Het voetbal had moeite om te overleven in de oorlogsjaren. Sommige vaste spelers slaagden er echter in om van tijd tot tijd aan wedstrijden mee te doen, ondanks de oproep van hun club om het leger in te gaan.  

Nadat Tompkins het leger was gegaan, klom hij op tot soldaat bij de Royal Fusiliers in het reguliere leger. Dankzij zijn vaardigheden en leiderschapskwaliteiten ontwikkelde hij zich razendsnel tot majoor en tijdelijk luitenant-kolonel bij het Hampshire Regiment in 1944. Toen Tompkins was gedetacheerd bij het Hampshire Regiment, vertrok hij naar Frankrijk. Daar landde hij op 10 juni 1944, vlak na D-Day, om met zijn regiment het dorp Maltot in te nemen als onderdeel van Operatie Charnwood. Tompkins en de officiers van de Wiltshire-, Dorsetshire-, 7e en 44e tankregimenten wisten niet dat Maltot in handen was van twee divisies van Duitse Tiger-tanks die de geallieerden in een hinderlaag hadden gelokt toen ze het gebied betraden. Er volgde een hevige strijd die tot aanzienlijke verliezen leidde aan de kant van de geallieerden, waaronder 56 man van Tompkins' regiment. Ook Tompkins zelf kwam om het leven. Er wordt aangenomen dat hij is omgekomen door een voltreffer van een tankgranaat, waardoor zijn lichaam niet kon worden geborgen.  

Majoor John James Tompkins was pas 30 jaar toen hij stierf. Zijn naam staat vermeld op het monument tegenover de militaire begraafplaats in Bayeux, in the Franse departement Calvados. Na zijn dood zou Fulham FC zijn twee kinderen elk £ 500 hebben betaald, geld dat Tompkins voor het seizoen 1939/40 zou hebben ontvangen. Dit bedrag werd echter nooit uitbetaald wegens een gebrek aan inkomsten van de club. Hij was een van de eerste spelers van de club die het leger in ging, iets wat hij vlak na zijn bruiloft deed. Bovendien was hij naar verluidt de eerste profspeler die de rang van majoor bereikte. De dood van Tompkins was groot verlies voor de voetbalgemeenschap. Hij was zeer geliefd bij zijn club, de fans en de toenmalige manager van Arsenal, die eerder had voorspeld dat Tompkins ooit international zou worden.