Canadese bevelen werden gegeven om zo snel mogelijk van Rouen naar Dieppe op te rukken. Duitse troepen die zich westwaarts terugtrokken uit het gebied van de rivier de Seine gingen nu richting de rivier de Somme.

Vanuit Rouen trok de Canadese 5de Infanterie Brigade noordwaarts geleid door het 8ste Canadese Verkenningsregiment. Terwijl de opmars plaatsvond, meldden rapporten dat er slechts een zwakke plaatselijke verdediging was door een klein aantal Duitse strijdkrachten. Tegen de middag was het hoofdkwartier van de brigade opgezet in het Château hier aan de rand van de stad.

Het gevoel bij de 5th Infantry Brigade was dat ze door hadden kunnen trekken naar Dieppe omdat er onderweg geen echte tegenstand was. De bevrijding van Dieppe was echter gereserveerd voor de Canadese 6th Infantry Brigade, waarin bataljons zaten die daar in augustus 1942 hadden gevochten tijdens Operatie Jubilee.

Eerder op de dag was het 8th Reconnaissance Regiment opgerukt naar Totes en had daar ongeveer 40 krijgsgevangenen gevangen genomen. Het verslag van het regiment was dat de stad vrij was van Duitse troepen.

Na dit rapport rukten The Black Watch (Royal Highlanders) van Canada direct op naar de stad en arriveerden om 16u30, waar ze de nacht doorbrachten. De Black Watch waren de eerste Canadese eenheid die door de stad trokken. Ze werden hartelijk ontvangen door de burgers die hen begroetten toen ze passeerden.