Nederland
Markeren
Deel
Route
Een Duitse militair waarschuwt burgers om hem te helpen, anders vinden ze geen huizen, maar slechts ‘een groot gat’ terug.
Het is 28 oktober 1944 rond half drie ’s middags als twee vliegtuigen van het 175 Squadron een aanval uitvoeren op de scheepswerf van Ruijtenberg. Op dat moment staan er twee Duitse rupsvoertuigen, zogenaamde Sturmgeschütze, in de Benedenkerkstraat. Het eerste voertuig sleept het tweede waarvan een rupsband beschadigd is. Het eerste voertuig staat onder een plataan bij het huis van dr. Wijffels, het tweede onder de lindebomen bij de voormalige boerderij van de familie Timmers. De twee jachtvliegtuigen zien de vijandelijke voertuigen ook en zetten vanuit het zuiden een aanval in. Op dat moment vlucht de familie Wijffels met enkele anderen direct de kelder in. De ingang van de kelder wordt afgesloten met een houten luik met daarop een ijzeren plaat. Via een katrol kan alles van binnenuit geopend worden.
Als de aanval voorbij is, wordt er op het luik gestampt en roept een Duitser: “Raus kommen, das Haus an die Überseite brennt ". Er is inderdaad brand maar het betreft een houtopslag en ook één van de rupsvoertuigen. De mannen beginnen met het blussen van de houtopslag. De Duitse soldaat dringt er echter op aan dat eerst de brand van zijn rupsvoertuig wordt geblust want, zo verklaart hij, het voertuig zit vol met munitie in de vorm van granaten. “Wenn das los geht finden Sie keine Hauser zurück, nur ein riesigen Loch“. Toen is met man en macht de brand in het rupsvoertuig geblust om een tragedie te voorkomen. Daarna zijn de voertuigen vertrokken naar de Lambertuskerk te Raamsdonk om ‘Brückenkopf Keizersveer’ te versterken. Het sleepspoor van het geblokkeerde aandrijfwiel van het defecte voertuig is nog jaren te zien geweest in het wegdek van de Benedenkerkstraat.