Duitsland
Markeren
Deel
Route
13 september 1944. De stad ruikt naar munitie, stof van ingestorte gebouwen, rook en as. Overal liggen lijken. Schoten fluiten door de lucht en inslagen vullen de straten. Dit is Aken, ooit de lievelingspalts van Karel de Grote en eeuwenlang de plek waar Duitse koningen werden gekroond.
Aken vormt een obstakel voor de geallieerden, die onderweg zijn naar de zuidelijke stellingen van de Westwall. Voor de Wehrmacht staat de stad symbool voor hun ideologische strijd. Maar na de desastreuze nederlaag in Normandië bestaat de Wehrmacht steeds vaker uit piepjonge jongens en oude mannen. De overgebleven bevolking, die niet is geëvacueerd, wordt blootgesteld aan de willekeur van de achtergebleven autoriteiten. Karl en Johann, beiden 14, die een pakje sigaretten moeten halen, komen langs een verlaten delicatessenwinkel als die wordt geplunderd. Soldaten van het 156e Pantsergrenadiersregiment arresteren iedereen, inclusief de jongens. Maar terwijl de volwassenen worden vrijgelaten, worden Karl en Johann door een geïmproviseerd krijgsraad van datzelfde regiment ter dood veroordeeld. Het vonnis wordt direct uitgevoerd. Voor een menigte van toeschouwers worden de jongens op het Veltmanplein geëxecuteerd als een waarschuwing aan de Aachense bevolking. Het voorval is een gevolg van het bevel dat generaal en gevechtscommandant Graaf Gerhard Von Schwerin heeft uitgevaardigd: "Om plunderingen door de burgerbevolking te stoppen, zijn overduidelijke plunderaars per direct standrechtelijk te veroordelen!” De jongens worden pas in 2004 officieel gerehabiliteerd.