Nederland
Markeren
Deel
Route
Op de dag van de bevrijding van Dokkum, vindt bij de zuidelijke toegangsbrug een dodelijk drama plaats. De geallieerden zijn in aantocht voor de bevrijding van de eerste stad van Friesland. Voordat het zover is slaat het noodlot nog één keer hard toe voor twee onschuldige burgers. Ze worden het slachtoffer van de laatste schermutselingen met vluchtende landwachters.
Het is zaterdag 14 april 1945. Vanuit Drachten zijn de geallieerden in aantocht en de meeste Duitsers vluchten inmiddels weg uit de stad. Landwachters uit Dokkum en Aalsum zijn 's ochtends door het verzet opgepakt. Ze zijn opgesloten in de marechausseekazerne aan de Bronlaan, niet ver van de Woudpoort vandaan.
Rond het middaguur komt vanuit Leeuwarden een personenauto met gewapende landwachters de stad ingereden. Ze hebben de opdracht de opgesloten landwachters uit de kazerne te bevrijden. Twee willekeurige burgers worden in het centrum van de stad door hen van de straat geplukt om als menselijk schild te dienen. Ze worden gedwongen voor op de beide spatborden van de auto te gaan zitten.
Aan de zuidkant van de Woudpoortbrug heeft het verzet ondertussen stelling genomen voor de verdediging van de stad. Ze krijgen bericht dat er Duitsers vanuit het centrum in aantocht zijn. Wanneer de personenauto de brug nadert en mensen in paniek van de straat vluchten, lijkt het alsof er Duitse militairen in aantocht zijn. De verzetsmensen beginnen te schieten en er volgt een heftige schietpartij.
Bij de beschieting wordt Pieter Eekhoff (15) dodelijk getroffen en raakt Oege Monsma (56) zwaar gewond. Zij zitten als schild op de auto. Piet Eekhoff is de zoon van een vooraanstaande verzetsman uit Dokkum. Oege Monsma overlijdt zes dagen later in het ziekenhuis in Leeuwarden aan zijn verwondingen. Ook de chauffeur van de wagen wordt gedood. Één landwachter, Lammert Wiersma, wordt gevangen en bijna ter plekke gelyncht. De anderen weten op fietsen te ontkomen.
Vroeg in de avond rijden de Canadezen via de Woudpoort de stad binnen met de Dokkumer houthandelaar Piet Oberman in volle glorie op de voorste tank. Hij is de Gewestelijk Operatie Leider (GOL) van de Friese Nationale Binnenlandse Strijdkrachten (NBS) en reist al vanaf het zuiden van Friesland met de bevrijders mee. De mensen klappen en juichen uitbundig voor Oberman en het 1e Armoured Car Regiment van de Royal Canadian Dragoons. De voertuigen worden er flink door opgehouden. Dokkum is de eerste van de Friese elf steden die wordt bevrijd.
De Nasleep
Eén van de gevangenen in de marechausseekazerne is de NSB-er en politiecommandant Petrus Mous. Hij heeft tot dan steeds weten te ontkomen aan het doodvonnis van het Veemgericht, de geheime rechtbank van het verzet. Mous is een beruchte verrader van onderduikers en hij is bij de grootste executie van twintig gevangenen aan de Woudweg in Dokkum aanwezig.
Wanneer Oberman van de gevangen Mous hoort, geeft hij als GOL, samen met de Districts Operatie Leider (DOL) van Dokkum, opdracht het vonnis alsnog uit te voeren. Een omstreden besluit, dat na de oorlog door de autoriteiten verder wordt onderzocht zonder verdere gevolgen.
Vier dagen na de bevrijding van de stad wordt Mous voor het vuurpeloton gezet op de plek van de grote fusillade aan de Woudweg. Acht landwachters moeten meekijken en voeren zijn lijk in een doodskist af naar de katholieke begraafplaats.